Vertaling van posten

Inhoud:

Nederlands
Engels
posten {ww.}
to mail
to get off

wij posten
jullie posten
zij posten

we mail
you mail
they mail
» meer vervoegingen van to mail

Ze vergat de brief te posten.
She forgot to mail the letter.
op de post doen, posten {ww.}
to mail 
to post 

wij posten
jullie posten
zij posten

we mail
you mail
they mail
» meer vervoegingen van to mail

Denk er alsjeblieft aan om de brief te posten.
Please remember to post the letter.
op post staan, posten {ww.}
to stand guard
to be on duty
patrouilleren, posten {zn.}
patrol
stijl, post [m] (de ~) {zn.}
jamb
post [m] (de ~) {zn.}
entry
ledger entry
accounting entry
post [m] (de ~), wachtpost [m] (de ~) {zn.}
post
station
Alsjeblieft denk eraan dat je deze brief post.
Please remember to post this letter.
Vergeet niet de brief op de post te doen.
Don't forget to post the letter.
betrekking [v] (de ~), dienstverband [o] (het ~), functie [v] (de ~), job [m] (de ~), positie [v] (de ~), werk [o] (het ~), werkkring [m] (de ~), baan [m] (de ~), post [m] (de ~) {zn.}
job
occupation
line of work
line
business
Maar hij had een job nodig.
But he needed a job.
Ik zoek een baan.
I'm looking for a job.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Ze vergat de brief te posten.

She forgot to mail the letter.

Denk er alsjeblieft aan om de brief te posten.

Please remember to post the letter.