Vertaling van zwaai

Inhoud:

Nederlands

Engels

swing [m], zwieping [v], zwaai {zn.}

wave
wag

zwaai [m] (de ~), slinger [m] (de ~), zwiep, zwier [m] (de ~) {zn.}

sweep

draai [m], wending [v], zwenking [v], gier, keer, slag [m], zwaai, zwenk {zn.}

turn
stroke
revolution

Draai naar rechts aan de volgende hoek.

Turn right at the next corner.

wuiven, toewuiven, zwaaien {ww.}

to wave

ik zwaai

gebaren, wuiven, zwaaien {ww.}

to wave

ik zwaai

slingeren, swingen, zwaaien {ww.}

to whirl
to wag
to wield
to beat
to flourish
to wave about
to wave
to swing
to fling
to brandish

ik zwaai

slingeren, zwaaien, zwiepen, zwieren, zwindelen, zwirrelen {ww.}

to wave
to wag
to vibrate
to oscillate
to swing
to sway

ik zwaai

bengelen, bungelen, zwaaien {ww.}

to swing
to dangle

ik zwaai

wending [v] (de ~), wenteling, zwenk, zwaai [m] (de ~), draaiing [v] (de ~) {zn.}

twist
turn