Vertaling van herstel

Inhoud:

Nederlands
Spaans
genezing [v], heling [v], beterschap, herstel {zn.}
cura [m] (el ~)
reparatie [v], herstel {zn.}
arreglo
reparación [v] (la ~)
herstellen, maken, repareren, verhelpen, verstellen {ww.}
reparar
arreglar
restaurar
aderezar

ik herstel

yo reparo
» meer vervoegingen van reparar

Ik heb mijn fiets laten repareren.
Mandé mi bicicleta a arreglar.
Ik moet mijn fiets laten repareren.
Tengo que mandar a reparar mi bicicleta.


Gerelateerd aan herstel

genezing - heling - beterschap - reparatie - herstellen - maken - repareren - verhelpen - verstellen