Vertaling van stalen ros

Inhoud:

Nederlands

Spaans

fiets [m] (de ~), rijwiel [o] (het ~), tweewieler [m], zwijntje [o], velo, stalen ros {zn.}

bicicleta [v] (la ~)

Ik heb geen fiets.

No tengo una bicicleta.

Ken wil een fiets.

Ken quiere una bicicleta.

harden, stalen, temperen {ww.}

endurecer
templar

wij stalen
jullie stalen
zij stalen

nosotros endurecemos
vosotros endurecéis
ellos/ellas endurecen
» meer vervoegingen van endurecer

gappen, ontvreemden, stelen {ww.}

sustraer
hurtar

wij stalen
jullie stalen
zij stalen

nosotros sustrajimos
vosotros sustrajisteis
ellos/ellas sustrajeron
» meer vervoegingen van sustraer