Vertaling van bedrijf

Inhoud:

Nederlands
Frans
bedrijf [o], beroep [o], broodwinning [v], professie {zn.}
profession  [v] (la ~)
Hij is tandarts van beroep.
Il est dentiste de profession.
akte, document, bedrijf {zn.}
pièce  [v] (la ~)
document  [m] (le ~)
acte  [m] (l' ~)
maken, aanmaken, bedrijven, doen, uitbrengen, uitrichten, uitvoeren {ww.}
faire 
poser 
opérer 
fabriquer 
construire 

ik bedrijf

je fais
» meer vervoegingen van faire

Beter niets doen, dan een fout te maken.
Il est préférable de ne rien faire que de faire quelque chose de médiocre.
Wat moet ik doen?
Que dois-je faire ?


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

De machine is buiten bedrijf.

La machine est hors service.

Wat kan jij ons bedrijf bijbrengen?

Comment pouvez-vous contribuer à notre organisation ?

Beheer van een bedrijf is niet hetzelfde als eigenaar zijn van een bedrijf.

La gestion d'une société est différente de la propriété d'une société.

Hij heeft het bedrijf van zijn vader geërfd.

Il hérita le commerce de son père.

Dat bedrijf wordt gerund door mijn oudere broer.

Cette entreprise est dirigée par mon frère aîné.

John heeft dit bedrijf verlaten en is zijn eigen zaak begonnen.

John est parti de cette entreprise et a fondé la sienne.

Ons bedrijf is van plan een nieuwe chemische fabriek te bouwen in Rusland.

Notre entreprise a le projet de construire une nouvelle usine chimique en Russie.

Mijn professionele kwaliteiten / vaardigheden corresponderen met de vereisten van uw bedrijf.

Mes qualifications / compétences professionnelles semblent très adaptées aux exigences de votre compagnie.


Gerelateerd aan bedrijf

beroep - broodwinning - professie - akte - document - maken - aanmaken - bedrijven - doen - uitbrengen - uitrichten - uitvoeren