Vertaling van maken

Inhoud:

Nederlands
Frans
maken, aanmaken, bedrijven, doen, uitbrengen, uitrichten, uitvoeren {ww.}
faire 
poser 
opérer 
fabriquer 
construire 

wij maken
jullie maken
zij maken

nous faisons
vous faites
ils/elles font
» meer vervoegingen van faire

Beter niets doen, dan een fout te maken.
Il est préférable de ne rien faire que de faire quelque chose de médiocre.
Wat moet ik doen?
Que dois-je faire ?
doen ontstaan, formeren, maken, ontwikkelen {ww.}
entraîner des conséquences
componeren, maken, scheppen, schrijven {ww.}
écrire 
composer 

wij maken
jullie maken
zij maken

nous écrivons
vous écrivez
ils/elles écrivent
» meer vervoegingen van écrire

Ik moet een brief schrijven.
Je dois écrire une lettre.
Moet ik een brief schrijven?
Dois-je écrire une lettre ?
creëren, maken, scheppen {ww.}
créer 

wij maken
jullie maken
zij maken

nous créons
vous créez
ils/elles créent
» meer vervoegingen van créer

Klik hier om een account aan te maken.
Clique ici pour créer un compte.
De directeur van de school wil de kantine sluiten en een nieuwe recreatieruimte creëren voor de studenten.
Le directeur de l'école veut fermer la cantine et créer une nouvelle salle récréative pour les élèves.
doen, laten, laten doen, maken {ww.}
faire 
rendre 

wij maken
jullie maken
zij maken

nous faisons
vous faites
ils/elles font
» meer vervoegingen van faire

Je kan me niets laten doen dat ik niet wil doen.
Tu ne peux pas me forcer à faire quoi que ce soit que je ne veux pas faire.
Waar heb je je nieuwe kostuum laten maken?
Où as-tu fait faire ton nouveau costume ?
fabriceren, maken, aanmaken, vervaardigen {ww.}
fabriquer 

wij maken
jullie maken
zij maken

nous fabriquons
vous fabriquez
ils/elles fabriquent
» meer vervoegingen van fabriquer

herstellen, maken, repareren, verhelpen, verstellen {ww.}
réparer 
remédier 
restaurer 
refaire 

wij maken
jullie maken
zij maken

nous réparons
vous réparez
ils/elles réparent
» meer vervoegingen van réparer

Ik moet het repareren.
Je dois le faire réparer.
Ik heb mijn computer laten repareren.
J'ai fait réparer mon ordinateur.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

Buitenlanders maken me nieuwsgierig.

Les étrangers m'intriguent.

Kleren maken de man.

L'habit fait l'homme.

Aangenaam kennis te maken.

Ravie de vous rencontrer.

Ga Mary wakker maken.

Va réveiller Marie.

Spinnen maken webben.

Les araignées tissent des toiles.

Ik zal u gelukkig maken.

Je vous rendrai heureuse.

Ik zal u gelukkig maken.

Je vous rendrai heureuse.

U kunt uw eigen maken.

Vous pouvez vous en faire un à vous.

Hij is bang fouten te maken.

Il craint de commettre des erreurs.

Ik zal een man van u maken.

Je vais faire de toi un homme.

Dat heeft er niets mee te maken.

Cela n'a rien à voir avec ça.

Hij houdt ervan wandelingen te maken.

Il aime effectuer des promenades.

Mag ik een foto van u maken?

Puis-je prendre votre photo ?

Wees niet bang om fouten te maken.

N'aie pas peur de faire des erreurs.

Wil je een korte wandeling maken?

Que dites-vous de sortir pour une brève promenade ?