Vertaling van ophouden

Inhoud:

Nederlands
Frans
ophouden, rekken, strekken, uitbreiden, uitsteken, uitstrekken {ww.}
étendre 

ik zal ophouden
jij zult ophouden
hij/zij/het zal ophouden

je étendrai
tu étendras
il/elle étendra
» meer vervoegingen van étendre

aflopen, eindigen, ophouden, uitgaan, uitlopen, uitraken, verlopen {ww.}
prendre fin
se terminer 
finir 

ik zal ophouden
jij zult ophouden
hij/zij/het zal ophouden

je finirai
tu finiras
il/elle finira
» meer vervoegingen van finir

detineren, ophouden, reserveren, terughouden, weerhouden {ww.}
réprimer 

ik zal ophouden
jij zult ophouden
hij/zij/het zal ophouden

je réprimerai
tu réprimeras
il/elle réprimera
» meer vervoegingen van réprimer

aflaten, ophouden, stoppen, uitscheiden, wijken {ww.}
cesser 

ik zal ophouden
jij zult ophouden
hij/zij/het zal ophouden

je cesserai
tu cesseras
il/elle cessera
» meer vervoegingen van cesser

Ge moet stoppen met roken.
Tu dois cesser de fumer.