Vertaling van afbeelding
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
afbeelding , figuur, beeld {zn.}
afbeelding
figuur
beeld {zn.}
figuur
beeld {zn.}
Bekijk de afbeelding.
Bekijk de afbeelding.
Ik keek naar de afbeelding.
Ik keek naar de afbeelding.
afbeelding , plaatje {zn.}
afbeelding
plaatje {zn.}
plaatje {zn.}
Hij hing een afbeelding aan de muur.
Hij hing een afbeelding aan de muur.
Ik herken niemand op de afbeelding
Ik herken niemand op de afbeelding
voorstelling , afbeelding , beeld , plaat, prent {zn.}
voorstelling
afbeelding
beeld
plaat
prent {zn.}
afbeelding
beeld
plaat
prent {zn.}
De voorstelling toonde moderne kunst uit Europa.
De voorstelling toonde moderne kunst uit Europa.
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Nederlands
Bekijk de afbeelding.
Bekijk de afbeelding.
Ik keek naar de afbeelding.
Ik keek naar de afbeelding.
Hij hing een afbeelding aan de muur.
Hij hing een afbeelding aan de muur.
Ik herken niemand op de afbeelding
Ik herken niemand op de afbeelding