Vertaling van antecedent
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
antecedent {bn.}
antecedent {bn.}
voorstuk, voorgaande, voorpand, antecedent {zn.}
voorstuk
voorgaande
voorpand
antecedent {zn.}
voorgaande
voorpand
antecedent {zn.}
antecedent , antecedenten {zn.}
antecedent
antecedenten {zn.}
antecedenten {zn.}
antecedent, correlatief {zn.}
antecedent
correlatief {zn.}
correlatief {zn.}