Vertaling van begeleiden

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
accompagneren, begeleiden, meerijden {ww.}
accompagneren
begeleiden
meerijden {ww.}

ik accompagneer
jij accompagneert
hij/zij/het accompagneert

ik accompagneer
jij accompagneert
hij/zij/het accompagneert
» meer vervoegingen van accompagneren

meekomen, begeleiden, accompagneren {ww.}
meekomen
begeleiden
accompagneren {ww.}

ik accompagneer
jij accompagneert
hij/zij/het accompagneert

ik kom mee
jij komt mee
hij/zij/het komt mee
» meer vervoegingen van meekomen

Wil je meekomen?
Wil je meekomen?
Ik zou graag meekomen.
Ik zou graag meekomen.
escorteren, gewapend begeleiden, begeleiden {ww.}
escorteren
gewapend begeleiden
begeleiden {ww.}

ik begeleid
jij begeleidt
hij/zij/het begeleidt

ik escorteer
jij escorteert
hij/zij/het escorteert
» meer vervoegingen van escorteren

begeleiden, coachen {ww.}
begeleiden
coachen {ww.}

ik begeleid
jij begeleidt
hij/zij/het begeleidt

ik begeleid
jij begeleidt
hij/zij/het begeleidt
» meer vervoegingen van begeleiden

vergezellen, geleiden, begeleiden, escorteren {ww.}
vergezellen
geleiden
begeleiden
escorteren {ww.}

ik begeleid
jij begeleidt
hij/zij/het begeleidt

ik vergezel
jij vergezelt
hij/zij/het vergezelt
» meer vervoegingen van vergezellen

Ik zal u vergezellen.
Ik zal u vergezellen.
backen, begeleiden, accompagneren {ww.}
backen
begeleiden
accompagneren {ww.}

ik accompagneer
jij accompagneert
hij/zij/het accompagneert

ik back
jij backt
hij/zij/het backt
» meer vervoegingen van backen



Gerelateerd aan begeleiden

accompagneren - meerijden - meekomen - escorteren - gewapend begeleiden - coachen - vergezellen - geleiden - backenreizen - arriveren - gerieven - meegaan - bijstaan