Vertaling van beschaafd

Inhoud:

Nederlands

beschaafd, welgemanierd, wellevend {bn.}

beschaafd
welgemanierd
wellevend {bn.}

beschaafd, geciviliseerd {bn.}

beschaafd
geciviliseerd {bn.}

beschaafd, keurig {bn.}

beschaafd
keurig {bn.}

beschaafd, welopgevoed {bn.}

beschaafd
welopgevoed {bn.}

beschaafd, keurig {bn.}

beschaafd
keurig {bn.}

civiliseren, beschaven {ww.}

civiliseren
beschaven {ww.}

ik heb beschaafd
jij hebt beschaafd
hij/zij/het heeft beschaafd

ik heb geciviliseerd
jij hebt geciviliseerd
hij/zij/het heeft geciviliseerd
» meer vervoegingen van civiliseren

kweken, verbouwen, telen, aankweken, beschaven, bebouwen {ww.}

kweken
verbouwen
telen
aankweken
beschaven
bebouwen {ww.}

ik heb aangekweekt
jij hebt aangekweekt
hij/zij/het heeft aangekweekt

ik heb gekweekt
jij hebt gekweekt
hij/zij/het heeft gekweekt
» meer vervoegingen van kweken

We verbouwen tarwe hier.

Ik wil goede groenten kweken, rijst, fruit enzovoort.