Vertaling van bestraffen

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
bestraffen {ww.}
bestraffen {ww.}

ik bestraf
jij bestraft
hij/zij/het bestraft

ik bestraf
jij bestraft
hij/zij/het bestraft
» meer vervoegingen van bestraffen

straffen, bestraffen {ww.}
straffen
bestraffen {ww.}

ik bestraf
jij bestraft
hij/zij/het bestraft

ik straf
jij straft
hij/zij/het straft
» meer vervoegingen van straffen

We zullen je straffen in de naam van de Maan!
We zullen je straffen in de naam van de Maan!
Indien de leerling beter zijn les kende, zou de leraar hem niet straffen.
Indien de leerling beter zijn les kende, zou de leraar hem niet straffen.
straffen, aanpakken, bestraffen {ww.}
straffen
aanpakken
bestraffen {ww.}

ik pak aan
jij pakt aan
hij/zij/het pakt aan

ik straf
jij straft
hij/zij/het straft
» meer vervoegingen van straffen

Door er één te straffen, kan men er honderd tot beter inzicht brengen
Door er één te straffen, kan men er honderd tot beter inzicht brengen
Het is duidelijk dat de Amerikanen hun eigen probleem niet eens kunnen oplossen, dus hoe kunnen ze zichzelf bekwaam achten voor het aanpakken van problemen in de rest…
Het is duidelijk dat de Amerikanen hun eigen probleem niet eens kunnen oplossen, dus hoe kunnen ze zichzelf bekwaam achten voor het aanpakken van problemen in de rest…


Gerelateerd aan bestraffen

straffen - aanpakkenwreken - bejegenen