Vertaling van emotie
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
emotie, aandoening {zn.}
emotie
aandoening {zn.}
aandoening {zn.}
roersel, bewogenheid , emotie , aandoening {zn.}
roersel
bewogenheid
emotie
aandoening {zn.}
bewogenheid
emotie
aandoening {zn.}
gevoel , aandoening , sentiment , gevoelen, gemoedsbeweging, gemoedsaandoening, emotie , affect {zn.}
gevoel
aandoening
sentiment
gevoelen
gemoedsbeweging
gemoedsaandoening
emotie
affect {zn.}
aandoening
sentiment
gevoelen
gemoedsbeweging
gemoedsaandoening
emotie
affect {zn.}
Ze zong haar mooie lied met gevoel.
Ze zong haar mooie lied met gevoel.
"Wat voor gevoel?" vroeg de winkelier.
"Wat voor gevoel?" vroeg de winkelier.