Vertaling van erfenis

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
erfenis [v], beërving [v] {zn.}
erfenis [v]
beërving [v] {zn.}
erfenis [v] (de ~) {zn.}
erfenis [v] (de ~) {zn.}
versterf, versterving [v], erfstuk [o], erfenis [v], erfdeel [o], boedel [m] {zn.}
versterf
versterving [v]
erfstuk [o]
erfenis [v]
erfdeel [o]
boedel [m] {zn.}
nalatenschap [v], erfenis [v] {zn.}
nalatenschap [v]
erfenis [v] {zn.}
erfenis [v] (de ~), relict [o] (het ~), overblijfsel [o] (het ~) {zn.}
erfenis [v] (de ~)
relict [o] (het ~)
overblijfsel [o] (het ~) {zn.}
versterving, legaat [o] (het ~), vermaking, versterf [o] (het ~), successie, nalatenschap [v] (de ~), erflating [v] (de ~), boedel [m] (de ~), erfenis [v] (de ~) {zn.}
versterving
legaat [o] (het ~)
vermaking
versterf [o] (het ~)
successie
nalatenschap [v] (de ~)
erflating [v] (de ~)
boedel [m] (de ~)
erfenis [v] (de ~) {zn.}


Gerelateerd aan erfenis

synoniemen

beërving - versterf - versterving - erfstuk - erfdeel - boedel - nalatenschap - relict - overblijfsel - legaat - vermaking - successie - erflating

verwante termen

iets - goed - erfdeel