Vertaling van exhiberen
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
exhiberen, etaleren, uitstallen {ww.}
exhiberen
etaleren
uitstallen {ww.}
etaleren
uitstallen {ww.}
ik etaleer
jij etaleert
hij/zij/het etaleert
ik exhibeer
jij exhibeert
hij/zij/het exhibeert
» meer vervoegingen van exhiberen