Vertaling van gebroed
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
gebroed {zn.}
gebroed {zn.}
gebroed {zn.}
gebroed {zn.}
broeden, koesteren, broeden op {ww.}
broeden
koesteren
broeden op {ww.}
koesteren
broeden op {ww.}
ik heb gebroed
jij hebt gebroed
hij/zij/het heeft gebroed
ik heb gebroed
jij hebt gebroed
hij/zij/het heeft gebroed
» meer vervoegingen van broeden
De broedhen heeft een week op de eieren zitten broeden.
De broedhen heeft een week op de eieren zitten broeden.
slangengebroed, schuimsel, slangegebroed, schorriemorrie , schuim, addergebroed , schorem , gespuis , geteisem , geboefte , gebroed, gajes , falderappes, boeventuig, uitschot , satansgebroed, uitvaagsel , tuig {zn.}
slangengebroed
schuimsel
slangegebroed
schorriemorrie
schuim
addergebroed
schorem
gespuis
geteisem
geboefte
gebroed
gajes
falderappes
boeventuig
uitschot
satansgebroed
uitvaagsel
tuig {zn.}
schuimsel
slangegebroed
schorriemorrie
schuim
addergebroed
schorem
gespuis
geteisem
geboefte
gebroed
gajes
falderappes
boeventuig
uitschot
satansgebroed
uitvaagsel
tuig {zn.}
broeden {ww.}
broeden {ww.}
ik heb gebroed
jij hebt gebroed
hij/zij/het heeft gebroed
ik heb gebroed
jij hebt gebroed
hij/zij/het heeft gebroed
» meer vervoegingen van broeden