Vertaling van genieten

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
genieten, blij zijn, zich verheugen, zich verblijden, genieten van {ww.}
genieten
blij zijn
zich verheugen
zich verblijden
genieten van {ww.}

ik geniet
jij geniet
hij/zij/het geniet

ik geniet
jij geniet
hij/zij/het geniet
» meer vervoegingen van genieten

Hij zou blij zijn dat te horen.
Hij zou blij zijn dat te horen.
Blij zijn zij die van bloemen houden.
Blij zijn zij die van bloemen houden.
genieten, zich verlustigen in, zich verheugen in, genieten van {ww.}
genieten
zich verlustigen in
zich verheugen in
genieten van {ww.}

ik geniet
jij geniet
hij/zij/het geniet

ik geniet
jij geniet
hij/zij/het geniet
» meer vervoegingen van genieten

We hopen dat je van de voorstelling zult genieten.
We hopen dat je van de voorstelling zult genieten.
Het bad was niet warm genoeg dus kon ik er niet van genieten.
Het bad was niet warm genoeg dus kon ik er niet van genieten.
genieten {ww.}
genieten {ww.}

ik geniet
jij geniet
hij/zij/het geniet

ik geniet
jij geniet
hij/zij/het geniet
» meer vervoegingen van genieten

Ik kon des te meer van mijn vrije dag genieten door met jou samen te zijn.
Ik kon des te meer van mijn vrije dag genieten door met jou samen te zijn.
Het is noodzakelijk om met drie te zijn om een goed verhaal te waarderen: één om het goed te vertellen, één om ervan te genieten en één om er niets van te begrijpen…
Het is noodzakelijk om met drie te zijn om een goed verhaal te waarderen: één om het goed te vertellen, één om ervan te genieten en één om er niets van te begrijpen…
krijgen, ontvangen, genieten, toucheren {ww.}
krijgen
ontvangen
genieten
toucheren {ww.}

ik geniet
jij geniet
hij/zij/het geniet

ik krijg
jij krijgt
hij/zij/het krijgt
» meer vervoegingen van krijgen

Zal ze het vandaag af kunnen krijgen?
Zal ze het vandaag af kunnen krijgen?
Kan ik een glas water krijgen alstublieft?
Kan ik een glas water krijgen alstublieft?
genieten, smaken, ophebben {ww.}
genieten
smaken
ophebben {ww.}

ik geniet
jij geniet
hij/zij/het geniet

ik geniet
jij geniet
hij/zij/het geniet
» meer vervoegingen van genieten

Smaken verschillen.
Smaken verschillen.
De appels van onze eigen boom smaken veel beter dan de bespoten appels uit de supermarkt.
De appels van onze eigen boom smaken veel beter dan de bespoten appels uit de supermarkt.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Nederlands

We hopen dat je van de voorstelling zult genieten.

We hopen dat je van de voorstelling zult genieten.

Het bad was niet warm genoeg dus kon ik er niet van genieten.

Het bad was niet warm genoeg dus kon ik er niet van genieten.

Ik kon des te meer van mijn vrije dag genieten door met jou samen te zijn.

Ik kon des te meer van mijn vrije dag genieten door met jou samen te zijn.

Het is noodzakelijk om met drie te zijn om een goed verhaal te waarderen: één om het goed te vertellen, één om ervan te genieten en één om er niets van te begrijpen. Omdat het plezier van de twee eersten verdubbeld wordt door het onbegrip van de derde.

Het is noodzakelijk om met drie te zijn om een goed verhaal te waarderen: één om het goed te vertellen, één om ervan te genieten en één om er niets van te begrijpen. Omdat het plezier van de twee eersten verdubbeld wordt door het onbegrip van de derde.