Vertaling van oogmerk

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
doel [o] (het ~), streven, doelwit [o] (het ~), oogmerk [o] (het ~), doeleinde [o] (het ~) {zn.}
doel [o] (het ~)
streven
doelwit [o] (het ~)
oogmerk [o] (het ~)
doeleinde [o] (het ~) {zn.}
Ze bereikten hun doel.
Ze bereikten hun doel.
De pijl raakte het doel.
De pijl raakte het doel.


Gerelateerd aan oogmerk

doel - streven - doelwit - doeleindegedachte