Vertaling van opgeblazen

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
gezwollen, opgeblazen, opgezet {bn.}
gezwollen
opgeblazen
opgezet {bn.}
laten springen, opblazen, laten ontploffen {ww.}
laten springen
opblazen
laten ontploffen {ww.}

ik heb opgeblazen
ik had opgeblazen
ik zal opgeblazen hebben

ik heb opgeblazen
ik had opgeblazen
ik zal opgeblazen hebben
» meer vervoegingen van opblazen

opblazen {ww.}
opblazen {ww.}

ik heb opgeblazen
ik had opgeblazen
ik zal opgeblazen hebben

ik heb opgeblazen
ik had opgeblazen
ik zal opgeblazen hebben
» meer vervoegingen van opblazen

verwaand, ingebeeld, kwasterig, kwastig, pedant, verwaten, waanwijs, zelfgenoegzaam, zelfingenomen, zelfvoldaan, opgeblazen {bn.}
verwaand
ingebeeld
kwasterig
kwastig
pedant
verwaten
waanwijs
zelfgenoegzaam
zelfingenomen
zelfvoldaan
opgeblazen {bn.}
pafferig, opgeblazen {bn.}
pafferig
opgeblazen {bn.}
opblazen {ww.}
opblazen {ww.}

ik heb opgeblazen
ik had opgeblazen
ik zal opgeblazen hebben

ik heb opgeblazen
ik had opgeblazen
ik zal opgeblazen hebben
» meer vervoegingen van opblazen

kleuren, overdrijven, opblazen, opkloppen, overtrekken, oppijpen, hyperboliseren {ww.}
kleuren
overdrijven
opblazen
opkloppen
overtrekken
oppijpen
hyperboliseren {ww.}

ik heb gehyperboliseerd
ik had gehyperboliseerd
ik zal gehyperboliseerd hebben

ik heb gekleurd
ik had gekleurd
ik zal gekleurd hebben
» meer vervoegingen van kleuren

Tom heeft de neiging te overdrijven.
Tom heeft de neiging te overdrijven.
De kleuren van de Amerikaanse vlag zijn rood, wit en blauw.
De kleuren van de Amerikaanse vlag zijn rood, wit en blauw.
opblazen {ww.}
opblazen {ww.}

ik heb opgeblazen
ik had opgeblazen
ik zal opgeblazen hebben

ik heb opgeblazen
ik had opgeblazen
ik zal opgeblazen hebben
» meer vervoegingen van opblazen