Vertaling van opgewektheid
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
opgewektheid , luimigheid {zn.}
opgewektheid
luimigheid {zn.}
luimigheid {zn.}
vreugde, blijdschap, opgewektheid {zn.}
vreugde
blijdschap
opgewektheid {zn.}
blijdschap
opgewektheid {zn.}
Ze huilde van blijdschap toen ze hoorde dat haar zoon de vliegtuigcrash had overleefd.
Ze huilde van blijdschap toen ze hoorde dat haar zoon de vliegtuigcrash had overleefd.
Visite brengt steeds vreugde aan; is 't niet bij het komen, dan bij het gaan.
Visite brengt steeds vreugde aan; is 't niet bij het komen, dan bij het gaan.
drukte , vertier, tierigheid , opgewektheid , bedrijvigheid , animo {zn.}
drukte
vertier
tierigheid
opgewektheid
bedrijvigheid
animo {zn.}
vertier
tierigheid
opgewektheid
bedrijvigheid
animo {zn.}
Hij drukte op de alarmknop.
Hij drukte op de alarmknop.
Hij drukte zijn oor tegen de muur.
Hij drukte zijn oor tegen de muur.
opgeruimdheid, blijmoedigheid, lichtheid, opgewektheid {zn.}
opgeruimdheid
blijmoedigheid
lichtheid
opgewektheid {zn.}
blijmoedigheid
lichtheid
opgewektheid {zn.}