Vertaling van praktizeren

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
praktizeren {ww.}
praktizeren {ww.}

ik praktizeer
jij praktizeert
hij/zij/het praktizeert

ik praktizeer
jij praktizeert
hij/zij/het praktizeert
» meer vervoegingen van praktizeren

drijven, praktizeren, uitoefenen {ww.}
drijven
praktizeren
uitoefenen {ww.}

ik drijf
jij drijft
hij/zij/het drijft

ik drijf
jij drijft
hij/zij/het drijft
» meer vervoegingen van drijven

Het recht tot op de spits drijven is het onrecht tot op de spits drijven
Het recht tot op de spits drijven is het onrecht tot op de spits drijven


Gerelateerd aan praktizeren

drijven - uitoefenenbeantwoorden - beoefenen