Vertaling van prosperiteit

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
geluk, bloei [m], welvaart, prosperiteit, welstand, voorspoed, welvarendheid [v] {zn.}
geluk
bloei [m]
welvaart
prosperiteit
welstand
voorspoed
welvarendheid [v] {zn.}
Iedereen wenst voor geluk
Iedereen wenst voor geluk
Wat is geluk?
Wat is geluk?
welvarendheid, welvaren, prosperiteit, welstand [m] (de ~), voorspoed [m] (de ~) {zn.}
welvarendheid
welvaren
prosperiteit
welstand [m] (de ~)
voorspoed [m] (de ~) {zn.}


Gerelateerd aan prosperiteit

geluk - bloei - welvaart - welstand - voorspoed - welvarendheid - welvarengeluk