Vertaling van roemruchtig
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
befaamd, beroemd, gevierd, roemruchtig, vermaard, wijdvermaard {bn.}
befaamd
beroemd
gevierd
roemruchtig
vermaard
wijdvermaard {bn.}
beroemd
gevierd
roemruchtig
vermaard
wijdvermaard {bn.}
beroemd, glorierijk, glorieus, roemrijk, roemruchtig, roemvol {bn.}
beroemd
glorierijk
glorieus
roemrijk
roemruchtig
roemvol {bn.}
glorierijk
glorieus
roemrijk
roemruchtig
roemvol {bn.}
beroemd, befaamd, gerenommeerd, gereputeerd, illuster, roemrucht, roemruchtig, vermaard, fameus {bn.}
beroemd
befaamd
gerenommeerd
gereputeerd
illuster
roemrucht
roemruchtig
vermaard
fameus {bn.}
befaamd
gerenommeerd
gereputeerd
illuster
roemrucht
roemruchtig
vermaard
fameus {bn.}