Vertaling van gevierd

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
befaamd, beroemd, gevierd, roemruchtig, vermaard, wijdvermaard {bn.}
befaamd
beroemd
gevierd
roemruchtig
vermaard
wijdvermaard {bn.}
gevierd, gelauwerd {bn.}
gevierd
gelauwerd {bn.}
beroemd, gerenommeerd, gevierd, vermaard {bn.}
beroemd
gerenommeerd
gevierd
vermaard {bn.}
lossen, vieren, weglaten, uitlaten, tappen, loslaten {ww.}
lossen
vieren
weglaten
uitlaten
tappen
loslaten {ww.}

ik heb losgelaten
ik had losgelaten
ik zal losgelaten hebben

ik heb gelost
ik had gelost
ik zal gelost hebben
» meer vervoegingen van lossen

Op 14 februari vieren Amerikanen Valentijnsdag.
Op 14 februari vieren Amerikanen Valentijnsdag.
Ik probeerde het probleem op te lossen.
Ik probeerde het probleem op te lossen.
vieren, opdragen, celebreren {ww.}
vieren
opdragen
celebreren {ww.}

ik heb gecelebreerd
ik had gecelebreerd
ik zal gecelebreerd hebben

ik heb gevierd
ik had gevierd
ik zal gevierd hebben
» meer vervoegingen van vieren

Enkele jaren later werd in plaats van "De Internationale Taal van doctor Esperanto" gewoonlijk de korte naam "Esperanto" gebruikt. Op deze dag vieren we dus in de hele…
Enkele jaren later werd in plaats van "De Internationale Taal van doctor Esperanto" gewoonlijk de korte naam "Esperanto" gebruikt. Op deze dag vieren we dus in de hele…
vieren, feestvieren, fuiven {ww.}
vieren
feestvieren
fuiven {ww.}

ik heb feestgevierd
jij hebt feestgevierd
hij/zij/het heeft feestgevierd

ik heb gevierd
jij hebt gevierd
hij/zij/het heeft gevierd
» meer vervoegingen van vieren

vieren, celebreren {ww.}
vieren
celebreren {ww.}

ik heb gecelebreerd
jij hebt gecelebreerd
hij/zij/het heeft gecelebreerd

ik heb gevierd
jij hebt gevierd
hij/zij/het heeft gevierd
» meer vervoegingen van vieren

vieren {ww.}
vieren {ww.}

ik heb gevierd
ik had gevierd
ik zal gevierd hebben

ik heb gevierd
ik had gevierd
ik zal gevierd hebben
» meer vervoegingen van vieren

vieren {ww.}
vieren {ww.}

ik heb gevierd
ik had gevierd
ik zal gevierd hebben

ik heb gevierd
ik had gevierd
ik zal gevierd hebben
» meer vervoegingen van vieren



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Nederlands

Valentijnsdag wordt gevierd in februari.

Valentijnsdag wordt gevierd in februari.

Tanabata wordt gevierd in juli.

Tanabata wordt gevierd in juli.