Vertaling van samentrekken
fronsen {ww.}
ik zal fronsen
jij zult fronsen
hij/zij/het zal fronsen
ik zal samentrekken
jij zult samentrekken
hij/zij/het zal samentrekken
» meer vervoegingen van samentrekken
ik zal samentrekken
ik zou samentrekken
jij zult samentrekken
ik zal samentrekken
ik zou samentrekken
jij zult samentrekken
» meer vervoegingen van samentrekken
samentrekken {ww.}
ik zal samentrekken
ik zou samentrekken
jij zult samentrekken
ik zal samentrekken
ik zou samentrekken
jij zult samentrekken
» meer vervoegingen van samentrekken
ik zal samentrekken
ik zou samentrekken
jij zult samentrekken
ik zal samentrekken
ik zou samentrekken
jij zult samentrekken
» meer vervoegingen van samentrekken
samentrekken {ww.}
ik zal samentrekken
ik zou samentrekken
jij zult samentrekken
ik zal samentrekken
ik zou samentrekken
jij zult samentrekken
» meer vervoegingen van samentrekken
ineenkronkelen
samentrekken {ww.}
ik zal ineenkrimpen
ik zou ineenkrimpen
jij zult ineenkrimpen
ik zal ineenkrimpen
ik zou ineenkrimpen
jij zult ineenkrimpen
» meer vervoegingen van ineenkrimpen