Vertaling van spouw

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
spouw {zn.}
spouw {zn.}
barst [m], spouw, split, spleet, kloof, kier, gaping [v] {zn.}
barst [m]
spouw
split
spleet
kloof
kier
gaping [v] {zn.}
Er zit een barst in het glas.
Er zit een barst in het glas.
Het kan me geen barst schelen.
Het kan me geen barst schelen.


Gerelateerd aan spouw

barst - split - spleet - kloof - kier - gapingspleet