Vertaling van springen
uitbarsten
losbarsten
ontploffen
exploderen {ww.}
hij/zij/het explodeert
zij exploderen
ik barst los
hij/zij/het springt
zij springen
ik spring
» meer vervoegingen van springen
ik spring
jij springt
hij/zij/het springt
ik spring
jij springt
hij/zij/het springt
» meer vervoegingen van springen
openbarsten
barsten
openbersten
bersten
scheuren {ww.}
ik barst
jij barst
hij/zij/het barst
ik spring
jij springt
hij/zij/het springt
» meer vervoegingen van springen
ik spring
jij springt
hij/zij/het springt
ik spring
jij springt
hij/zij/het springt
» meer vervoegingen van springen
uitscheuren
scheuren {ww.}
ik scheur
jij scheurt
hij/zij/het scheurt
ik spring
jij springt
hij/zij/het springt
» meer vervoegingen van springen
Voorbeelden in zinsverband
Ik heb de man zien springen.
Ik heb de man zien springen.
Tom pleegde zelfmoord door van een brug af te springen.
Tom pleegde zelfmoord door van een brug af te springen.