Vertaling van verzinnen
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
verzinnen, verdichten {ww.}
verzinnen
verdichten {ww.}
verdichten {ww.}
ik verdicht
jij verdicht
hij/zij/het verdicht
ik verzin
jij verzint
hij/zij/het verzint
» meer vervoegingen van verzinnen
Als God niet bestond, zouden we hem moeten verzinnen.
Als God niet bestond, zouden we hem moeten verzinnen.
verzinnen, bedenken, uitkienen, uitdenken, bekokstoven {ww.}
verzinnen
bedenken
uitkienen
uitdenken
bekokstoven {ww.}
bedenken
uitkienen
uitdenken
bekokstoven {ww.}
ik bedenk
jij bedenkt
hij/zij/het bedenkt
ik verzin
jij verzint
hij/zij/het verzint
» meer vervoegingen van verzinnen
Ik kan niks bedenken.
Ik kan niks bedenken.
verzinnen, fabuleren {ww.}
verzinnen
fabuleren {ww.}
fabuleren {ww.}
ik fabuleer
jij fabuleert
hij/zij/het fabuleert
ik verzin
jij verzint
hij/zij/het verzint
» meer vervoegingen van verzinnen
vinden, smeden, bedenken, verzinnen, concipiëren, uitdenken {ww.}
vinden
smeden
bedenken
verzinnen
concipiëren
uitdenken {ww.}
smeden
bedenken
verzinnen
concipiëren
uitdenken {ww.}
ik bedenk
jij bedenkt
hij/zij/het bedenkt
ik vind
jij vindt
hij/zij/het vindt
» meer vervoegingen van vinden
Men moet het ijzer smeden wanneer het heet is.
Men moet het ijzer smeden wanneer het heet is.
Door te smeden wordt men smid.
Door te smeden wordt men smid.