Vertaling van aanzien
Inhoud:
Nederlands
Zweeds
aanzien , schijn {zn.}
anseende
aanzien, dulden, toelaten, tolereren, velen, verdragen, pikken {ww.}
tåla
aanblik , aanzien , air , verschijning , schijn, uiterlijk, voorkomen, vóórkomen {zn.}
anseende
vy
anblick
vy
anblick