Vertaling van plukken

Inhoud:

Nederlands
Zweeds
collecteren, innen, inzamelen, oogsten, plukken, rapen, verzamelen {ww.}
samla
församla
oprapen, plukken, afplukken, tokkelen {ww.}
plocka


Gerelateerd aan plukken

collecteren - innen - inzamelen - oogsten - rapen - verzamelen - oprapen - afplukken - tokkelen