Vervoeging van afstellen

Er is helaas geen Italiaanse vertaling gevonden.

  • Onvoltooid tegenwoordige tijd

    • ik stel af
    • jij stelt af
    • hij/zij/het stelt af
    • wij stellen af
    • jullie stellen af
    • zij stellen af
  • Onvoltooid verleden tijd

    • ik stelde af
    • jij stelde af
    • hij/zij/het stelde af
    • wij stelden af
    • jullie stelden af
    • zij stelden af
  • Voltooid tegenwoordige tijd

    • ik heb afgesteld
    • jij hebt afgesteld
    • hij/zij/het heeft afgesteld
    • wij hebben afgesteld
    • jullie hebben afgesteld
    • zij hebben afgesteld
  • Voltooid verleden tijd

    • ik had afgesteld
    • jij had afgesteld
    • hij/zij/het had afgesteld
    • wij hadden afgesteld
    • jullie hadden afgesteld
    • zij hadden afgesteld
  • Toekomende tijd I

    • ik zal afstellen
    • jij zult afstellen
    • hij/zij/het zal afstellen
    • wij zullen afstellen
    • jullie zullen afstellen
    • zij zullen afstellen
  • Toekomende tijd II

    • ik zal afgesteld hebben
    • jij zult afgesteld hebben
    • hij/zij/het zal afgesteld hebben
    • wij zullen afgesteld hebben
    • jullie zullen afgesteld hebben
    • zij zullen afgesteld hebben
  • Conditionalis I

    • ik zou afstellen
    • jij zou afstellen
    • hij/zij/het zou afstellen
    • wij zouden afstellen
    • jullie zouden afstellen
    • zij zouden afstellen
  • Conditionalis II

    • ik zou hebben afgesteld
    • jij zou hebben afgesteld
    • hij/zij/het zou hebben afgesteld
    • wij zouden hebben afgesteld
    • jullie zouden hebben afgesteld
    • zij zouden hebben afgesteld
  • Imperatief

    • jij stel af
    • jullie stelt af

Verwijzingen

Bekijk 2 definitie(s) van afstellen