Vervoeging van inspringen

Onbepaalde wijs (infinitief): inspringen

Vertaling: rilevare

Nederlands

Italiaans

Onvoltooid tegenwoordige tijd

  • ik spring in
  • jij springt in
  • hij/zij/het springt in
  • wij springen in
  • jullie springen in
  • zij springen in

Presente

  • io rilevo
  • tu rilevi
  • lui/lei/Lei rileva
  • noi rileviamo
  • voi/Voi rilevate
  • loro/Loro rilevano

Onvoltooid verleden tijd

  • ik sprong in
  • jij sprong in
  • hij/zij/het sprong in
  • wij sprongen in
  • jullie sprongen in
  • zij sprongen in

Imperfetto

  • io rilevavo
  • tu rilevavi
  • lui/lei/Lei rilevava
  • noi rilevavamo
  • voi/Voi rilevavate
  • loro/Loro rilevavano

Voltooid tegenwoordige tijd

  • ik ben ingesprongen
  • jij bent ingesprongen
  • hij/zij/het is ingesprongen
  • wij zijn ingesprongen
  • jullie zijn ingesprongen
  • zij zijn ingesprongen

Passato prossimo

  • io ho rilevato
  • tu hai rilevato
  • lui/lei/Lei ha rilevato
  • noi abbiamo rilevato
  • voi/Voi avete rilevato
  • loro/Loro hanno rilevato

Voltooid verleden tijd

  • ik was ingesprongen
  • jij was ingesprongen
  • hij/zij/het was ingesprongen
  • wij waren ingesprongen
  • jullie waren ingesprongen
  • zij waren ingesprongen

Trapassato prossimo

  • io avevo rilevato
  • tu avevi rilevato
  • lui/lei/Lei aveva rilevato
  • noi avevamo rilevato
  • voi/Voi avevate rilevato
  • loro/Loro avevano rilevato

Toekomende tijd I

  • ik zal inspringen
  • jij zult inspringen
  • hij/zij/het zal inspringen
  • wij zullen inspringen
  • jullie zullen inspringen
  • zij zullen inspringen

Futuro semplice

  • io rileverò
  • tu rileverai
  • lui/lei/Lei rileverà
  • noi rileveremo
  • voi/Voi rileverete
  • loro/Loro rileveranno

Toekomende tijd II

  • ik zal ingesprongen zijn
  • jij zult ingesprongen zijn
  • hij/zij/het zal ingesprongen zijn
  • wij zullen ingesprongen zijn
  • jullie zullen ingesprongen zijn
  • zij zullen ingesprongen zijn

Futuro anteriore

  • io avrò rilevato
  • tu avrai rilevato
  • lui/lei/Lei avrà rilevato
  • noi avremo rilevato
  • voi/Voi avrete rilevato
  • loro/Loro avranno rilevato

Conditionalis I

  • ik zou inspringen
  • jij zou inspringen
  • hij/zij/het zou inspringen
  • wij zouden inspringen
  • jullie zouden inspringen
  • zij zouden inspringen

Condizionale presente

  • io rileverei
  • tu rileveresti
  • lui/lei/Lei rileverebbe
  • noi rileveremmo
  • voi/Voi rilevereste
  • loro/Loro rileverebbero

Conditionalis II

  • ik zou zijn ingesprongen
  • jij zou zijn ingesprongen
  • hij/zij/het zou zijn ingesprongen
  • wij zouden zijn ingesprongen
  • jullie zouden zijn ingesprongen
  • zij zouden zijn ingesprongen

Condizionale passato

  • io avrei rilevato
  • tu avresti rilevato
  • lui/lei/Lei avrebbe rilevato
  • noi avremmo rilevato
  • voi/Voi avreste rilevato
  • loro/Loro avrebbero rilevato

Imperatief

  • jij spring in
  • jullie springt in

Imperativo

  • tu rileva
  • voi/Voi rilevate

Verwijzingen

Bekijk 3 definitie(s) van inspringen