Vertaling van said
I said
you said
he/she/it said
ik luidde
jij luidde
hij/zij/het luidde
» meer vervoegingen van luiden
I said
you said
he/she/it said
ik zei
jij zei
hij/zij/het zei
» meer vervoegingen van zeggen
I said
you said
he/she/it said
ik sprak uit
jij sprak uit
hij/zij/het sprak uit
» meer vervoegingen van uitspreken
I said
you said
he/she/it said
ik luidde
jij luidde
hij/zij/het luidde
» meer vervoegingen van luiden
I said
you said
he/she/it said
ik stond
jij stond
hij/zij/het stond
» meer vervoegingen van staan
I said
you said
he/she/it said
ik articuleerde
jij articuleerde
hij/zij/het articuleerde
» meer vervoegingen van articuleren
spreken
uitbrengen
I said
you said
he/she/it said
ik zei
jij zei
hij/zij/het zei
» meer vervoegingen van zeggen
Voorbeelden in zinsverband
I never said that.
Dat heb ik nooit gezegd.
"That's right", said John.
"Dat klopt", zei John.
I've never said that!
Dat heb ik nooit gezegd!
I've said everything.
Ik heb alles gezegd.
No sooner said than done.
Zo gezegd, zo gedaan.
He has already said yes.
Hij heeft al ja gezegd.
Betty never said a word.
Betty zei nooit een woord.
Tom knows what Mary said.
Tom weet wat Mary gezegd heeft.
I should have said something.
Ik had iets moeten zeggen.
What he said embarrassed me.
Wat hij zei bracht mij in verlegenheid.
Everything he said was right.
Alles wat hij zei, was waar.
They liked what Jefferson said.
Ze vonden wat Jefferson zei leuk.
Please remember what he said.
Onthoud alstublieft wat hij gezegd heeft.
Tony said, "I like it."
Tony zei: "Ik hou ervan."
He said he would come.
Hij zei dat hij zou komen.