Betekenis van:
aanblijven

aanblijven
Werkwoord
  • in functie blijven
"aanblijven als [minister-president]"
"(de minister) blijft aan"

Hyperoniemen

Hyponiemen

aanblijven
Werkwoord
  • in dezelfde functie blijven
"Nadat het schandaal bekend werd kon de directeur niet langer aanblijven."
aanblijven
Werkwoord
  • blijven branden
"Het vuur bleef tot diep in de nacht aan."

Voorbeeldzinnen

  1. Dit licht mag niet kunnen aangaan of aanblijven indien aan een van de hiervoor genoemde voorwaarden niet is voldaan.
  2. Dit licht mag niet kunnen aangaan of aanblijven indien aan een van de hierboven genoemde voorwaarden niet is voldaan.
  3. Een visuele inrichting moet knipperen en bij storing in de werking van een van deze richtingaanwijzers uitgaan of aanblijven zonder te knipperen of een duidelijke waarneembare frequentiewijziging vertonen.
  4. Een optische inrichting moet knipperen, en uitgaan of aanblijven zonder te knipperen of een duidelijk waarneembare frequentiewijziging vertonen indien een van de richtingaanwijzers, met uitzondering van de zijverklikkerlichten, niet goed functioneert.