Betekenis van:
alert

alert
Bijvoeglijk naamwoord
  • oplettend; bijdehand; met vuur bewerken van iets; zich gespannen toeleggend op
"de alerte buren voorkwamen wel een inbraak"
"een alerte reactie"

Synoniemen

Hyperoniemen

alert
Bijvoeglijk naamwoord
  • oplettend.

Voorbeeldzinnen

  1. News Alert/Direct agenda
  2. Het personeel dient alert te zijn teneinde ervoor te zorgen dat agressie zoveel mogelijk wordt beperkt.
  3. Rapid alert system for food and feed (communautair systeem voor snelle waarschuwingen voor levensmiddelen en diervoeders).
  4. Gedurende alle stadia van de vlucht blijft elk lid van het cockpitpersoneel dat cockpitdienst heeft alert.
  5. De dodemansinrichting waarborgt dat de bestuurder voldoende alert blijft (en zich dus bewust is van de seinen).
  6. Rapid alert system for non-food dangerous products (communautair systeem voor snelle waarschuwingen over gevaarlijke non-foodproducten).
  7. Bij groepshuisvesting dient het personeel altijd alert te zijn om ervoor te zorgen dat agressie zoveel mogelijk wordt beperkt.
  8. Activeer het scheepsveiligheidsalarmsysteem (Ship Security Alert System, SSAS), waardoor uw Company Security Officer en uw vlaggenstaat worden ingelicht.
  9. De bevoegde autoriteiten verifiëren of de kredietbeoordelingen van de EKBI doorlopend worden gecontroleerd en zijn alert op wijzigingen in de financiële positie.
  10. Alarmgrens (Alert Limit): Een waarde die bij overschrijden aanleiding geeft tot een analyse van de spoorgeometrie en opname in de planning van geregeld onderhoud.
  11. aa) het bieden van steun in postcrisis-situaties, zoals steun aan vluchtelingen en ontheemden en het alert zijn op en trachten te voorkomen van rampen;
  12. In het licht van deze positieve ontwikkelingen, die hun weerslag vonden in het systeem voor snelle waarschuwingen over levensmiddelen en diervoeders (RASFF = rapid alert system for food and feed), is de verplichting om het gewichtspercentage van alle in mengvoeders verwerkte voedermiddelen in de etikettering te vermelden niet langer noodzakelijk om een hoog niveau van voederveiligheid en aldus van bescherming van de volksgezondheid te waarborgen.
  13. permanente bijscholing van leerkrachten en opvoeders, in overleg met verenigingen voor kinderbescherming, betreffende het gebruik van het internet in het onderwijs op school, teneinde alert te blijven op de mogelijke risico's van het internet, met name van discussieruimten („chat rooms”) en forums;