Betekenis van:
				
					gesloten					
				
			
            gesloten
Bijvoeglijk naamwoord
- niet openhartig
 
"zo gesloten als het graf"
"een gesloten gezicht"
Synoniemen
Hyperoniemen
gesloten
Bijvoeglijk naamwoord
- zonder tussenruimte
 
"(in) gesloten formatie"
"een gesloten rij"
Hyperoniemen
gesloten
Bijvoeglijk naamwoord
- in afzondering levend; niet geopend; niet open; dicht
 
"een gesloten deur"
"gesloten bewaargeving"
Synoniemen
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- De zaak wordt gesloten.
 - De deur is gesloten.
 - De luchthaven is gesloten.
 - Ik heb alle zes de vensters gesloten.
 - Hij stond daar met gesloten ogen.
 - Hij klopte op de gesloten deur.
 - De deur was van buitenaf gesloten.
 - In de straat waren de meeste winkels gesloten.
 - Daar hij moe was, zat hij in de sofa met gesloten ogen.
 - Op dit moment is de redactie gesloten.
 - Het is niet mogelijk vanmiddag de boodschappen te doen omdat de winkels gesloten zijn.
 - Gesloten gebieden
 - geheel gesloten;
 - Gesloten drogeladingschip
 - Gesloten drogeladingschip