Betekenis van:
gewoonte

gewoonte (de ~ | meervoud gewoontes, gewoonten)
Zelfstandig naamwoord
  • het telkens doen van datgene waaraan men gewoon is
"zijn gewoonte dat hij elke ochtend een beschuitje eet"
"haar gewoonte (om) televisie te kijken"

Synoniemen

Hyperoniemen

gewoonte
Zelfstandig naamwoord
  • vaste wijze om dingen te doen
"Autorijden wordt heel snel een gewoonte."
gewoonte (de ~ | meervoud gewoontes, gewoonten)
Zelfstandig naamwoord
  • gebruikelijke wijze van doen
"de gewoonte zijn"
"zeden en gewoonten (van een land/volk)"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. Gewoonte is een tweede natuur
  2. Je zou er een gewoonte van moeten maken je tanden te poetsen na elke maaltijd.
  3. De macht der gewoonte is groot
  4. Uit liefde, gewoonte, mondeling verkeer en daden ontstaan vriendschappen
  5. In Nederland is het de gewoonte dat, wanneer bij de bouw van een huis het hoogste punt bereikt is en de dakpannen gelegd kunnen worden, de opdrachtgever de bouwvakkers op zogenaamd "pannenbier" trakteert om dit te vieren. Er wordt dan een vlag in de nok van het huis geplaatst. Is de opdrachtgever te gierig om te trakteren, dan wordt geen vlag, maar een bezem geplaatst.
  6. Volgens vaste gewoonte wordt een kapitaalinbreng in een onderneming in moeilijkheden geacht staatssteun te vormen [52].
  7. belemmeringen voor internethandel: ga liever persoonlijk winkelen, wil het product zien, winkeltrouw, macht der gewoonte;
  8. Gezien de verwachte vooruitgang bij de uitvoering van de kortetermijnprioriteiten van de partnerschappen, is het de gewoonte om de partnerschappen om het andere jaar te herzien.
  9. Het is immers de vaste gewoonte van de Commissie om na te gaan of een groep verbonden ondernemingen als geheel voldoet aan de voorwaarden voor een dergelijke behandeling.
  10. Het is altijd al een vaste gewoonte van de Commissie geweest om voor verbonden producenten/exporteurs of producenten die tot dezelfde groep behoren, maar één gewogen gemiddelde dumpingmarge vast te stellen op basis van de individuele dumpingmarges.
  11. Het is immers een vaste gewoonte van de Commissie om de interne verkoop te scheiden van de verkoop op de vrije markt, omdat er alleen bij deze laatste sprake is van concurrentie [5].
  12. Ten eerste had Rolandwerft vóór de investeringen de gewoonte twee schepen tegelijk uit te rusten en te repareren door één schip parallel vast te maken aan het direct aan de kade gemeerde schip.
  13. er moet een beveiligd systeem komen voor recente informatie over maatschappijen en vliegtuigen die de gewoonte hebben om, in een poging te vermijden dat ze worden opgespoord, activa te herregistreren en bedrijven elders te vestigen;
  14. De Europese Commissie heeft bijgevolg reeds verscheidene jaren de gewoonte in haar terugvorderingsbeschikkingen een clausule op te nemen die voorschrijft dat de rente moet worden vastgesteld op basis van het referentiepercentage voor de berekening van het netto subsidie-equivalent bij regionale steun.
  15. In artikel 19, lid 8, van het Statuut van de IAO is bepaald dat „de aanneming van een verdrag of een aanbeveling door de Conferentie, of de bekrachtiging van een verdrag door een lid, in geen geval worden beschouwd van invloed te zijn op een wet, uitspraak, gewoonte of overeenkomst die aan de betrokken werknemers gunstiger voorwaarden biedt dan het verdrag of de aanbeveling”.