Betekenis van:
houder

houder (de ~ | meervoud houders)
Zelfstandig naamwoord
  • ding om iets in te bewaren
"een vlaggenstok met houder"

Hyperoniemen

Hyponiemen

houder (de ~ | meervoud houders)
Zelfstandig naamwoord
  • bezitter
"hij is nog altijd houder van het wereldrecord op de 800 meter"
"de houder van [een aandeel]"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen


Voorbeeldzinnen

  1. Houder
  2. Houder
  3. houder:
  4. Houder
  5. De houder
  6. de houder;
  7. Aangever/TIR-houder (50)
  8. KOPIE voor de houder
  9. Aantal andere koeien/houder
  10. Ooien, gedekte ooilammeren/houder
  11. Vermeldingen betreffende de houder
  12. Bevraging voertuig/eigenaar/houder
  13. handtekening van de houder;
  14. foto van de houder;
  15. Houder van het voertuig