Betekenis van:
overgeven

overgeven
Werkwoord
  • de maaginhoud uitspugen
"Hij werd misselijk en hij moest overgeven."
overgeven
Werkwoord
  • ''zich ~'': de strijd staken en controle aan de vijand geven
"In mei 1945 gaven de nazi's zich eindelijk over."
overgeven
Werkwoord
  • kotsen; braken; overgeven; uitbraken; spugen; overgeven

Synoniemen

Hyperoniemen

overgeven
Werkwoord
  • iem. laten zorgen voor

Synoniemen

Hyperoniemen


Voorbeeldzinnen

  1. Ik moest overgeven.
  2. Liefde overwint alles (laten wij ons ook overgeven)