Vertaling van zerlegt
Inhoud:
Duits
Nederlands
analysieren, auflösen, zergliedern, zerlegen, untersuchen, auswerten {ww.}
ontbinden
ontleden
analyseren
ontleden
analyseren
er/sie/es zerlegt
ihr zerlegt
hij/zij/het ontbindt
jullie ontbinden
» meer vervoegingen van ontbinden
dividieren, teilen, einteilen, gliedern, verteilen, zerlegen, zerteilen, aufteilen {ww.}
er/sie/es zerlegt
ihr zerlegt
hij/zij/het verdeelt
jullie verdelen
» meer vervoegingen van verdelen
er/sie/es zerlegt
ihr zerlegt
hij/zij/het verdeelt
jullie verdelen
» meer vervoegingen van verdelen
er/sie/es zerlegt
ihr zerlegt
hij/zij/het verdeelt
jullie verdelen
» meer vervoegingen van verdelen
sezieren, zerlegen, zergliedern {ww.}
sectie verrichten
doorsnijden
doorsnijden
er/sie/es zerlegt
ihr zerlegt
hij/zij/het doorsnijdt
jullie doorsnijden
» meer vervoegingen van doorsnijden