Vertaling van slit

Inhoud:

Engels
Nederlands
to cut, to slit {ww.}
doorsnijden

I slit
you slit
we slit

ik doorsnijd
jij doorsnijdt
wij doorsnijden
» meer vervoegingen van doorsnijden

to slit {ww.}
openscheuren

I slit
you slit
we slit

ik scheur open
jij scheurt open
wij scheuren open
» meer vervoegingen van openscheuren

slit {zn.}
gleuf [m] (de ~)
sleuf [m] (de ~)
dent, incision, prick, scratch, slit {zn.}
moet
dent, incision, prick, scratch, slit {zn.}
kras [m] (de ~)


Gerelateerd aan slit

cut - dent - incision - prick - scratchopen - opening - depression - wound