Vertaling van steken
Inhoud:
Nederlands
Deens
leggen, steken, plaatsen, stellen, stoppen, zetten, doen {ww.}
stille
sætte
lægge
sætte
lægge
Mag ik een vraag stellen?
Må jeg stille et spørgsmål?
pikken, priemen, prikken, steken {ww.}
stikke