Vertaling van verlangen

Inhoud:

Nederlands
Duits
hunkeren, reikhalzen, verlangen, smachten, zuchten, zuchten naar {ww.}
sich sehnen
sich ersehnen
begeren, trek hebben in, verkiezen, verlangen, wensen {ww.}
wünschen
begehren
verlangen
mögen

wij verlangen
jullie verlangen
zij verlangen

wir wünschen
ihr wünscht
sie wünschen
» meer vervoegingen van wünschen

We verlangen allemaal naar succes.
Wir alle wünschen einen Erfolg.
Dit resultaat laat veel te wensen over.
Dieses Ergebnis lässt viel zu wünschen übrig.
begeerte [v], zucht [v], lust, verlangen, wens, zin [m] {zn.}
Lust [v] (die ~)
Wunsch [m] (der ~)
Begehr
Verwar verlangen niet met liefde.
Verwechsle nicht Lust mit Liebe.
Ik heb maar een wens.
Ich habe nur einen Wunsch.
hunkering [v], zucht [v], verlangen, zielsverlangen {zn.}
Sehnsucht [v] (die ~)
Sehnen


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Duits

We verlangen allemaal naar succes.

Wir alle wünschen einen Erfolg.

Verwar verlangen niet met liefde.

Verwechsle nicht Lust mit Liebe.


Gerelateerd aan verlangen

hunkeren - reikhalzen - smachten - zuchten - zuchten naar - begeren - trek hebben in - verkiezen - wensen - begeerte - zucht - lust - wens - zin - hunkering