Vertaling van gezegd
ik heb gezegd
jij hebt gezegd
hij/zij/het heeft gezegd
I have said
you have said
he/she/it has said
» meer vervoegingen van to say
to tell
to state
ik heb gezegd
jij hebt gezegd
hij/zij/het heeft gezegd
I have said
you have said
he/she/it has said
» meer vervoegingen van to say
to mean
to entail
ik heb gezegd
jij hebt gezegd
hij/zij/het heeft gezegd
I have implied
you have implied
he/she/it has implied
» meer vervoegingen van to imply
Voorbeelden in zinsverband
Zo gezegd, zo gedaan.
It's as good as done.
Ze heeft niets gezegd.
She did not say anything.
Ik heb alles gezegd.
I've said everything.
Zo gezegd, zo gedaan.
No sooner said than done.
Wat heeft hij gezegd?
What did he say?
Wat heb je gezegd?
What did you say?
Dat zou ik gezegd hebben.
This is what I would have said.
Dat heb ik nooit gezegd!
I've never said that!
Hij heeft al ja gezegd.
He has already said yes.
Waarom heb je dat gezegd?
Why did you say that?
Heb je hem niks gezegd?
You didn't tell him anything?
Dat heb ik nooit gezegd.
I never said that.
Wat heeft de dokter gezegd?
What did the doctor say?
Onthoud alstublieft wat hij gezegd heeft.
Please remember what he said.
Een Japanner zou zoiets niet gezegd hebben.
A Japanese would not have said such a thing.