Vertaling van beroerd
Inhoud:
Nederlands
Spaans
beroerd, kwaad, kwalijk, slecht, verkeerd {bn.}
malo
mal
mal
aankomen, raken, aanraken, beroeren, toucheren {ww.}
estar en contacto
tocar
tocar
ik heb beroerd
jij hebt beroerd
hij/zij/het heeft beroerd
yo he tocado
tú has tocado
él/ella ha tocado
» meer vervoegingen van tocar
beroeren, strijken langs {ww.}
rozar
tocar ligeramente
tocar ligeramente
ik heb beroerd
jij hebt beroerd
hij/zij/het heeft beroerd
yo he rozado
tú has rozado
él/ella ha rozado
» meer vervoegingen van rozar