Vertaling van hoe gaat het met jou

Inhoud:

Nederlands
Spaans
binnengaan, binnenlopen, ingaan {ww.}
entrar
montar

jij gaat binnen
hij/zij/het gaat binnen

entras
él/ella entra
» meer vervoegingen van entrar

Ik heb hen de bank zien binnengaan.
Los vi entrar al banco.
Ik zag hem de kamer binnengaan.
Lo vi entrar en el cuarto.
aangaan, betreffen, gelden, raken {ww.}
incumbir
concernir

hij/zij/het gaat aan

él/ella incumbe
» meer vervoegingen van incumbir

afgaan, vertrekken, weggaan, zich verwijderen {ww.}
irse
ausentarse
Ik zag Andrea van huis weggaan.
Vi a Andrea irse de su casa.
aangaan, formeren, vormen {ww.}
formar

jij gaat aan
hij/zij/het gaat aan

formas
él/ella forma
» meer vervoegingen van formar

doodgaan, overlijden, sterven, verscheiden, versmachten {ww.}
morir

jij gaat dood
hij/zij/het gaat dood

mueres
él/ella muere
» meer vervoegingen van morir

Alle mensen moeten sterven.
Todos los hombres deben morir.
Ik wil met Getter Jaani sterven.
Quiero morir con Getter Jaani.
aangaan, aanbelangen, betreffen, verkeren, zich verhouden {ww.}
tener relación
relacionarse
afgaan, bezoeken, opzoeken {ww.}
visitar

jij gaat af
hij/zij/het gaat af

visitas
él/ella visita
» meer vervoegingen van visitar

Ik wil Korea bezoeken.
Quiero visitar Corea.
Haar droom is om Parijs te bezoeken.
Su sueño es visitar París.
gelden, heten, doorgaan, zich aanstellen {ww.}
ponerse
ser presuntuoso
darse tono
doorgaan, verder gaan met, vervolgen, voortgaan, voortzetten {ww.}
continuar

jij gaat door
hij/zij/het gaat door

continúas
él/ella continúa
» meer vervoegingen van continuar

aangaan, afsluiten, contracteren {ww.}
ajustar
contratar
destajar

jij gaat aan
hij/zij/het gaat aan

ajustas
él/ella ajusta
» meer vervoegingen van ajustar

achteruitgaan {ww.}
retroceder

jij gaat achteruit
hij/zij/het gaat achteruit

retrocedes
él/ella retrocede
» meer vervoegingen van retroceder

achteruitgaan, verslechteren {ww.}
desmejorarse

jij gaat achteruit

afleggen, aflopen, doorgaan, gaan door {ww.}
recorrer
atravesar

jij gaat door
hij/zij/het gaat door

recorres
él/ella recorre
» meer vervoegingen van recorrer



Gerelateerd aan hoe gaat het met jou

binnengaan - binnenlopen - ingaan - aangaan - betreffen - gelden - raken - afgaan - vertrekken - weggaan - zich verwijderen - formeren - vormen - doodgaan - overlijden