Vertaling van nogmaals

Inhoud:

Nederlands
Spaans
nogmaals, van voren af aan, weder, wederom, weer, alweer {bw.}
de nuevo
otra vez
nogmaals, opnieuw, van voren af aan, wederom, weer, alweer, weder {bw.}
de nuevo
nuevamente


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

Nogmaals bedankt dat je me opnieuw gered heeft.

Gracias otra vez por salvarme, otra vez.

Dit bericht maakte Al-Sayib zo woedend, dat hij nogmaals Fanta morste.

Esta noticia le puso a Al-Sayib tan furioso que otra vez derramó su Fanta.


Gerelateerd aan nogmaals

van voren af aan - weder - wederom - weer - alweer - opnieuw