Vertaling van aandrang

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
aandrang [m] {zn.}
aandrang [m] {zn.}
aandrang [m] {zn.}
aandrang [m] {zn.}
run, toeloop [m], aandrang [m] {zn.}
run
toeloop [m]
aandrang [m] {zn.}
drang [m], impuls, stuwing [v], opwelling [v], aandrang [m], aandrift [v] {zn.}
drang [m]
impuls
stuwing [v]
opwelling [v]
aandrang [m]
aandrift [v] {zn.}
Hij voelde plots de drang om een roman te schrijven.
Hij voelde plots de drang om een roman te schrijven.
aandrang {zn.}
aandrang {zn.}
neiging [v] (de ~), aandrang [m] (de ~), inclinatie, geneigdheid, aandrift {zn.}
neiging [v] (de ~)
aandrang [m] (de ~)
inclinatie
geneigdheid
aandrift {zn.}
Hij heeft de neiging kwaad te worden.
Hij heeft de neiging kwaad te worden.
Tom heeft de neiging te overdrijven.
Tom heeft de neiging te overdrijven.
accent [o] (het ~), nadruk [m] (de ~), klem [m] (de ~), klemtoon, emfaze, aandrang [m] (de ~) {zn.}
accent [o] (het ~)
nadruk [m] (de ~)
klem [m] (de ~)
klemtoon
emfaze
aandrang [m] (de ~) {zn.}
Jij spreekt zonder accent
Jij spreekt zonder accent
Ik heb het Britse accent heel erg gemist.
Ik heb het Britse accent heel erg gemist.


Gerelateerd aan aandrang

run - toeloop - drang - impuls - stuwing - opwelling - aandrift - neiging - inclinatie - geneigdheid - accent - nadruk - klem - klemtoon - emfazeaanmoediging - houding - karaktertrek - hevigheid