Vertaling van boei

Inhoud:

Nederlands

boei [v] {zn.}

boei [v], ton, baken [o] {zn.}

boei [v]
ton
baken [o] {zn.}

kluister [v], keten [v], boei [v] {zn.}

kluister [v]
keten [v]
boei [v] {zn.}

boei [m] (de ~) {zn.}

boeien, paternosteren, vastketenen, ketenen {ww.}

boeien
paternosteren
vastketenen
ketenen {ww.}

ik boei
jij boeit
hij/zij/het boeit

ik boei
jij boeit
hij/zij/het boeit
» meer vervoegingen van boeien

ketenen, kluisteren, boeien {ww.}

ketenen
kluisteren
boeien {ww.}

ik boei
jij boeit
hij/zij/het boeit

ik keten
jij ketent
hij/zij/het ketent
» meer vervoegingen van ketenen

kluister [m] (de ~), boei [m] (de ~) {zn.}

kluister [m] (de ~)
boei [m] (de ~) {zn.}

pakken, boeien {ww.}

pakken
boeien {ww.}

ik boei
jij boeit
hij/zij/het boeit

ik pak
jij pakt
hij/zij/het pakt
» meer vervoegingen van pakken

Waar kan ik bus nummer 7 pakken?

"Zou het echt...?" vroeg Dima zich af. "Heb ik eindelijk de goede Al-Sayib te pakken?"

boeien, handboeien omdoen, in de boeien slaan {ww.}

boeien
handboeien omdoen
in de boeien slaan {ww.}

ik boei
jij boeit
hij/zij/het boeit

ik boei
jij boeit
hij/zij/het boeit
» meer vervoegingen van boeien