Vertaling van droes

Inhoud:

Nederlands
Nederlands
droes [m] {zn.}
droes [m] {zn.}
droes [m] (de ~) {zn.}
droes [m] (de ~) {zn.}
duivel [m], boze [m], drommel [m], droes [m] {zn.}
duivel [m]
boze [m]
drommel [m]
droes [m] {zn.}
Tom weet het verschil niet tussen God en de Duivel.
Tom weet het verschil niet tussen God en de Duivel.
Tom denkt dat zijn computer bezeten is door een boze geest.
Tom denkt dat zijn computer bezeten is door een boze geest.
duivel, droes, demon [m] (de ~) {zn.}
duivel
droes
demon [m] (de ~) {zn.}
Hij is gevangen tussen de duivel en de diepe blauwe zee.
Hij is gevangen tussen de duivel en de diepe blauwe zee.
Gisteren werd ik een god, maar ik vond dat te vervelend, dus vandaag werd ik een duivel.
Gisteren werd ik een god, maar ik vond dat te vervelend, dus vandaag werd ik een duivel.
dik [o] (het ~), hef, droes, moer [v] (de ~), wijndroesem, wijndrab, grondsop, drab [m] (de/het ~), depot, droesem [m] (de ~) {zn.}
dik [o] (het ~)
hef
droes
moer [v] (de ~)
wijndroesem
wijndrab
grondsop
drab [m] (de/het ~)
depot
droesem [m] (de ~) {zn.}
De vrouw is dik.
De vrouw is dik.
Ik ben zo dik.
Ik ben zo dik.


Gerelateerd aan droes

duivel - boze - drommel - demon - dik - hef - moer - wijndroesem - wijndrab - grondsop - drab - depot - droesemziekte - geest - bezinksel